Content of the course Nederlands A2.1
Duration: 12 weeks; Grammar, listening, writing, speaking.
Thema
Grammatica
1
Kennis maken
Hebben / zijn +Voornaamwoorden (1) Persoonlijke voornaamwoorden
2
Persoonlijke gegevens
Woordvolgorde, Onvoltooid tegenwoordige tijd
3
Dagen van de week, maanden (’s ochtends / ’s middags / ’s avonds)
Spellingregels
4
Mijn dag + rooster + klok
Wederkerende en scheidbare werkwoorden (1)
5
Eten / drinken
Lidwoorden: de / het /een / 0
6
Boodschappen doen (in de supermarkt / op de markt / online bestellen)
Meervoud
7
Hobby / sport
Modale werkwoorden
8
Lichaam / uiterlijk
Adjectieven / bijvoeglijke naamwoorden / bijwoorden
9
Kleren / kleuren
Trappen van vergelijking
10
Bij de dokter + gezondheid
Conjuncties (1,2,3)
11
Familie
Voornaamwoorden (2)
12
Dieren
Voornaamwoorden (3): Aanwijzende voornaamwoorden (deze, die, dit, dat)