Spreken 8 A2.1
Doelen: Een student kan adjectieven gebruiken. Een student kan over het uiterlijk praten en het uiterlijk van een personage beschrijven.
Doelen: Een student kan adjectieven gebruiken. Een student kan over het uiterlijk praten en het uiterlijk van een personage beschrijven.
Een student kan duidelijke antwoorden geven op de vragen over de tekst die hij / zij heeft gelezen. Een student kan zijn mening geven over verschillende stellingen die te maken […]
Doelen: Een student kan een gesprek over vakanties houden. Een student kan vertellen over zijn/haar beste reis. Een student weet hoe hij / zij "hebben / zijn" op de juiste […]